Det tredje riket

Morgenstjern deel 3

In januari van dit jaar schreef ik een blog over het tweede deel van de Morgenster-trilogie van Knausgård, Ulvene fra Evighetens Skog. Ik was niet helemaal overtuigd van dit boek en schreef: “Hij schijnt nog een afsluiting in voorbereiding te hebben. Het wordt dus een trilogie. Afwachten dan maar hoeveel pagina’s het zullen zijn.” Deze zomer kreeg ik van mijn zoon Hans  het inmiddels verschenen derde deel, 483 pagina’s. Gisteren las ik het uit. Ik vond het een mooi boek. Het speelt in dezelfde dagen als de eerste twee delen en alle personen in deel 3 waren al in boek 1 en boek 2 ten tonele gevoerd. Nu worden dezelfde gebeurtenissen vaak door de ogen van andere personen waargenomen en zijn niet echt meer dezelfde gebeurtenissen.

Tove komt uit de coulissen

Nu laat Knausgård Tove, de vrouw van Arne, een van de belangrijkste hoofdpersonen van het eerste deel, zelf aan het woord. Zij beschrijft een aantal dagen vóór het begin van Morgenstjernen en maakt de lezer deelgenoot van haar psychoses die haar isoleren van haar kinderen en haar man. Ook beschrijft zij in detail haar worsteling met haar schilderkunst. Beklemmende passages beschrijven de visioenen die zij op het dieptepunt van haar aanvallen heeft.

Line en Valdemar

Personen met schijnbaar onbelangrijke bijrollen in het eerste deel worden plotseling hoofdpersoon. Gebeurtenissen uit het eerste deel komen soms in een heel ander daglicht te staan. In het eerste boek maken we Solveig mee, hoofdverpleegster in het ziekenhuis waar de hersendode Ramsvik  plotseling tot leven komt. Solveig wordt daar opgebeld door haar dochter Line, die onverwacht een paar dagen wil komen logeren om daar voor een examen te studeren. Het telefoongesprek in Morgenstjernen vinden we letterlijk terug in Det Tredje Riket, met een belangrijk verschil dat nu Line aan het woord is. De lezer kent nu de werkelijke voorgeschiedenis van dit gesprek en is op de hoogte is van de onuitgesproken irritaties die de moeder bij Line teweeg brengt.  We weten nu dat de negentienjarige Line een charismatische zanger in een wonderlijke hard-metalband ontmoet heeft en dat er tijdens een concert in Zweden een relatie met deze vreemde Valdemar ontstaan is. Als zij even later bij haar moeder aankomt, weet zij inmiddels dat zij zwanger is en dat ze het wil kind behouden. Zodra je dat weet, lees je het hoofdstuk in het eerste  boek heel anders. De liefdesgeschiedenis tussen de naïeve (en intelligente) Line en de vreemde (en misschien gevaarlijke?) Valdemar is misschien één van de mooiste stukken van het boek.

Door de ogen van Gaute

In het eerste boek zien we hoe dominee Kathrine 0p weg naar huis besluit in een hotel te gaan overnachten en hoe haar man Gaute haar ervan verdenkt met een andere man geslapen te hebben, zeker als hij een zwangerschapstest in haar tasje vindt. Zij ontkent alles en eist absoluut vertrouwen. Dit zelfde verhaal komt nog eens in het derde deel, maar dan door de ogen van Gaute. Het is toch niet hetzelfde verhaal.

Geir en de duivel

De ‘detective’-geschiedenis uit het eerste deel, de driedubbele moord op de leden van een ultrarechtse hard-metalband en de rol van het overlevende lid Jesper komt natuurlijk ook in het derde deel  niet tot een duidelijke conclusie.  Journalist Jostein ligt nog steeds in coma, maar nu probeert detective Geir de zaak op te lossen. Tussen de bedrijven door lezen we over het onoprechte dubbelleven van Geir. Zijn vriendin weet niet eens dat hij getrouwd is. Geir houdt interviews met degenen die Jesper voor het laatst gezien hebben en bestudeert films die de band van zichzelf heeft opgenomen. Op die films meent hij de schim van de duivel zelf te ontwaren. Als hij later Kathrine vraagt naar het standpunt van de Noorse kerk over het bestaan van de duivel, heeft zij weinig zin hem te helpen.

Hoofdpersoon Syvert

De onbetwiste hoofdpersoon uit het tweede boek, begrafenisondernemer Syvert, speelt ook hier weer een centrale rol. Ook hier komen we pagina’s lange beschrijvingen van allerlei triviale gebeurtenissen tegen. Nu vond ik deze lange beschrijvingen niet altijd goed te verteren en gaf toen toch de voorkeur aan de meer filosofische en abstracte beschrijvingen (met alle verwijzingen naar Bijbelteksten en filosofen) in de tweede helft van het tweede boek. Daarmee is de literatuurcriticus Marius Emanualsen het niet echt eens:

“For meg var Syvert Løyning noe av en genistrek. Han var, kort sagt, det som skulle til for at jeg igjen skulle klare å forelske meg i Karl Ove Knausgård. Hadde Knausgård skrevet fire hundre sider til om Syvert, der han prøvde ut nye fiskeoppskrifter, og tenkte på nakne jenter, ville jeg vært all in. Syvert Løyning illustrerte ikke en døyt. Han var bare Syvert – fra minutt til minutt. Det var mer enn nok, og akkurat det denne idéspekkede apokalypsen trengte for å finne en sårt tiltrengt likevekt.”*)

In het tweede boek heeft Syvert zijn halfzus in Moskou gevonden en ontmoet. Zij zal hem nu in Noorwegen opzoeken. Hij besluit dit niet direct aan zijn moeder te vertellen. Als hij terloops tegen haar opmerkt dat in het oude paspoort van zijn vader veel visa voor Rusland staan, ontkent zij alles: “hij is daar nooit geweest”. Als een paar dagen later een oudere man  hem schrijft  dat hij met hem over een belangrijke zaak wil praten, is hij nog even bang dat hij er ook nog een halfbroer bij krijgt, maar het is de bekende architect Helge, die aan het begin van het tweede boek bekent dat hij als zestienjarige heeft gezien hoe de auto van Syverts vader in het water reed en toen de politie niet had gewaarschuwd. Had hij dat wel gedaan, dan had die vader misschien nog geleefd. Helge wil een soort vergiffenis van Syvert, maar het gesprek wordt niets. Syvert is alleen maar geïrriteerd.

De derde dag

Natuurlijk eindigt het boek zonder enige conclusie. Op de derde dag verdwijnt de nieuwe ster. Hoe het verder gaat, weten we niet.

Is het een goed boek?

Ik vond het een goed boek om te lezen, maar zonder de eerste twee boekdelen zou het niet veel waard zijn geweest. Het verwijst voortdurend naar zaken die de lezer al uit de eerdere duizend pagina’s weet. Dit boek is niet overladen met intellectuele hersenspinsels. Er staan nauwelijks verwijzingen naar de Bijbel in (afgezien van een tekst uit Leviticus) en naar grote filosofen zoeken we te vergeefs. De morgenster zelf en de vreemde gebeurtenissen sinds het verschijnen daarvan krijgen veel minder aandacht, maar de mensen en hun onderlinge verhoudingen komen beter uit de verf. Weer staat het boek vol minutieuze weergaven van banale gesprekken en beschrijvingen van triviale handelingen. Als ergens in detail beschreven wordt hoe iemand een snoepje uit het lastige snoeppapiertje haalt, denk ik soms: nu weet ik wel genoeg. Maar dit is Knausgård. Als je hier niet van houdt, moet je boeken van een andere schrijver gaan lezen. Met de geciteerde Noorse literatuurcriticus Emanuelsen ben ik het wel eens dat dit boek evenwichtiger en overtuigender is dan boek 2 met zijn overmaat aan abstract-filosofische gedachten. Toch mis ik passages zoals Vasilisa’s essay over de geschiedenis van de onsterfelijkheid in Rusland in boek 2 wel een beetje.

Literatuur

Karl Ove Knausgård, Det Tredje Riket, Forlaget Oktober 2023

Marius Emanuelsen, Mønsteret våkner, https://www.vinduet.no/kritikk/monsteret-vaakner-det-tredje-riket-av-karl-ove-knausgaard-anmeldt-av-marius-emanuelsen/  

*) vertaling van het geciteerde Noorse commentaar:

“Voor mij was Syvert Løyning een bijna geniale inval. Hij was, kort gezegd, dat wat er nodig was voordat ik weer in staat zou zijn verliefd te worden op Karl Ove Knausgård. Zou Knausgård nog vierhonderd pagina’s meer over Syvert geschreven hebben, waarin hij nieuwe visrecepten uitprobeerde en zat te denken over naakte meiden, dan zou ik all in zijn. Syvert Løying illustreerde helemaal niets. Hij was alleen maar Syvert – van minuut tot minuut. Dat was meer dan genoeg, en precies datgene dat deze met ideeën overladen apocalyps nodig had om voor een hard nodig tegenwicht te zorgen.”

 

Print Friendly, PDF & Email

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *